Illustratie

Mores van de hypotheekadviseur ontleed:

van principieel tot minimaal moreel

Binnen het hypotheekadvies zijn er grofweg drie typen adviseurs te onderscheiden, blijkt uit wetenschappelijk onderzoek van Jelle van Baardewijk: de principiële, de morele en de minimaal morele adviseur. Hij gaat in op de eerste studie naar de mores van de hypotheekadviseur.

Cultuurfilosoof Van Baardewijk, tevens docent Maatschappelijke Bestuurskunde aan de VU en lector Bedrijfsethiek aan de Hogeschool Rotterdam, deed onderzoek naar de ethiek binnen het hypotheekadvies. Dit verscheen recent in Business Ethics, the Environment & Responsibility. Volgens de wetenschapper sluit het onderzoeken van de mores van Nederlandse hypotheekadviseurs naadloos aan op zijn bredere interesse in de driehoek ‘markt, overheid en moraal’.

‘De huizenmarkt vormt het kloppende hart van het kapitalisme’

“Ik ben daarnaast altijd al geïnteresseerd geweest in de huizenmarkt, want die vormt het kloppende hart van het kapitalisme”, zegt Van Baardewijk. “En daarbinnen trok de hypotheekadviseur weer mijn aandacht, aangezien die beroepsgroep zich sinds 2013 flink heeft moeten professionaliseren.” Hij doelt daarmee op de komst van het provisieverbod.

Van Baardewijk begon zich in te lezen en ging in gesprek met zeker vijftien hypotheekadviseurs; gesprekken waar hij uiteindelijk drie dilemma’s uit destilleerde. “Moet je als adviseur de klant tegemoetkomen in zijn of haar wens voor een hypotheek, ook wanneer dit onverstandig is? Moet je je als adviseur houden aan wet- en regelgeving wanneer die voor je gevoel oneerlijk is? En hoe ver reikt je verantwoordelijkheid als hypotheekadviseur? Moet je je alleen bezighouden met een hypotheek adviseren of valt bijvoorbeeld ook verduurzaming onder je verantwoordelijkheid?”

Drie typen hypotheekadviseurs

Op basis van enquêtes onder bijna dertig hypotheekadviseurs, die allemaal verschillend op de diverse dilemma’s reageerden, rolden er uiteindelijk drie typen hypotheekadviseurs uit de bus.

‘Morele hypotheekadviseurs durven wat meer in grijstinten te denken’

Van Baardewijk: “De eerste is principieel: dit zijn strikte jongens en meiden die ook een ‘nee’ durven te verkopen aan de klant wanneer de regels hen dit opdragen. Dan zijn er morele hypotheekadviseurs: zij durven wat meer in grijstinten te denken. ‘Je hebt de vorige keer je studieschuld niet opgegeven; aangezien je er niet financieel mee in de problemen bent gekomen, laten we het nu zo’. En dan zijn er nog de minimaal morele adviseurs: die hebben lak aan regels, spreken de consument niet tegen en zijn van mening dat hun mogelijkheden en impact te beperkt zijn om dwars te gaan liggen.”

Met name met die laatste categorie adviseurs moet de branche echt aan de slag, denkt Van Baardewijk. “Dat kan eigenlijk niet, daar moet iets aan veranderen als je het mij vraagt.”

Minimaal morele adviseur doet wél zijn best

Wat de cultuurfiloof  het meeste opvalt binnen zijn eigen onderzoek? “Adviseurs die ik als minimaal moreel categoriseer lopen er op veel vlakken de kantjes vanaf, maar ze doen wel hun best voor hun klanten. Zoals het me ook opvalt dat eigenlijk álle adviseurs bereid zijn om te lobbyen bij geldverstrekkers om zo uitzonderingen voor elkaar te krijgen. Oók de principiële adviseur.”

Vervolgonderzoek zal zich onder meer gaan toespitsen op het aanleggen van ‘moresprudentie’, legt Van Baardewijk uit. “We willen casuïstiek uit het hypotheekadvies en daarbuiten analyseren en vastleggen, om zo alle adviseurs meer te trainen in grijstinten te denken. We willen hun morele verbeeldingskracht een beetje gaan oprekken.” Hypotheekadviseurs en -adviesketens die aan dit vervolgonderzoek mee willen werken, kunnen zich melden bij Van Baardewijk, geeft de wetenschapper aan.