Woningen met slecht energielabel steeds minder in trek
De koopwoningmarkt zit in een neerwaartse spiraal. Huizen staan langer te koop als gevolg van onder meer de fors gestegen hypotheekrente. Voor woningen die niet al te best geïsoleerd zijn betekent dit dat ze ook nog eens minder in trek zijn.
Nederlandse huizenkopers kiezen daarom steeds vaker voor een woning met een duurzaam energielabel. Sinds 2015 worden meer woningen verkocht met energielabel A, zo blijkt uit onderzoek van het Kadaster naar de staat van de verduurzaming van de woningmarkt.
Sinds 2015 is het voor mensen die hun woning willen verkopen verplicht om een energielabel te registreren. Het aantal woningen die werden verkocht met energielabel A bedroeg in het eerste kwartaal van dat jaar nog 14 procent. In het derde kwartaal van 2022 was dat gestegen naar 24 procent.
Tegelijkertijd zag het Kadaster een afnemende vraag naar woningen met een ‘slecht’ energielabel. Dan hebben we het over D of lager. Het aandeel verkochte woningen met een dergelijk label bedroeg in het eerste kwartaal van 2015 43 procent. Dat is inmiddels gedaald naar rond de 30 procent.
Daarnaast ziet het Kadaster dat de prijsstijgingen van minder duurzame woningen achterblijven in vergelijking met duurzamere woningen. De prijzen van huizen met een energielabel Cof hoger stegen vorig jaar nog wel met een procent of 10 op jaarbasis. Woningen met energielabel G gingen minder dan 4 procent in prijs omhoog.